Afgelopen woensdag ben ik als afgevaardigde van Hovocubo aanwezig
geweest bij een zaalvoetbalclinic voor E pupillen, ook aanwezig waren vertegenwoordigers van, Veerhuys, FCM/Dichtbij, AORC, JCK AISO, RKAVV/FC/ZVV Volendam, FC Utecht, AZ en AJAX.

De clinic is mede op initiatief van AJAX georganiseerd omdat ze daar in
de jeugdopleiding het belang zien van het zaalvoetbal m.b.t. de
ontwikkeling van de jeugd (in navolging van Spanje en Brazilië).
Na een korte introductie en het vertellen van de doelstellingen van deze
middag mochten wij plaatsnemen op de tribunes.

De clinic werd gedaan door E pupillen van AJAX en het Veerhuys, er werd
in meerdere varianten 4 tegen 4 gespeeld waarbij de jongens van AJAX dit
ook nog afwisselde met een gewone veldvoetbal i.p.v. een plofbal. Dit om
de effecten te vergelijken van het voetballen met beide soorten bal in
de zaal. Het was duidelijk dat de gewone bal moeilijker te controleren
was in de zaal en de bal werd ook te groot bevonden.

Er werd afgesloten met gewoon partijspel op een heel veld, ook dit weer
in meerdere varianten (met terugspelen op de keeper, zonder terugspelen
op de keeper en met indribbelen i.p.v. intrappen).

Na afloop werd de middag nabesproken met de aanwezige genodigden, de
meningen waren verschillend met name ook over het soort bal. De meesten
waren van mening dat er door de (jongere) jeugd beter met een “normale”
bal gespeeld kan worden alleen dan een iets kleiner formaat. Een normale
bal is in de zaal moeilijker onder controle te houden waardoor dus een
betere techniek vereist is. Verder werd het indribbelen als positief
gezien i.p.v. het intrappen (dit levert te vaak direct balverlies op) en
wil met name AJAX dat er wel teruggespeeld kan worden op de keeper, het
is namelijk (voor hun) ook van belang dat de keeper kan meevoetballen.
Verder, hoe minder regels hoe beter. Lekker laten voetballen was het
motto.

De KNVB zal deze dag gaan evalueren en hier bij alle betrokken clubs per mail op
terugkomen. Het grootste deel van de aanwezigen was in principe positief
over de opzet van een pilot competitie met E of D pupillen echter zijn
er nog maar weinig clubs met E pupillen en is het ook lastig om dit op
korte termijn (pilot zou moeten draaien van januari t/m april bv.) Ook
Hovocubo heeft aangegeven in principe positief te zijn over een eventuele pilot maar wij zullen eerst de verdere ontwikkelingen nog afwachten.

Arie Gooyers
Jeugdcoördinator ZVV Hovocubo

ONDERSTAAND EEN KORTE PASSAGE VAN AJAX ONDERBOUW COORDINATOR MICHEL HORDIJK:

Zaalvoetbal in de opleiding
Een nieuwe prioriteit binnen de jeugdopleiding van Ajax: voetballen in de kleine ruimte. Met nog meer aandacht voor balbeheersing, creativiteit en techniek. Precies de elementen die woensdagmiddag belangrijk waren tijdens het jaarlijkse HETT-toernooi dat Ajax organiseert voor de clubs waarmee het een samenwerking heeft. Ajax F2 won in de finale van Sporting Martinus.
Het meest illustrerende voorbeeld voor de nieuwe koers? Vraag het Michel Hordijk en hij begint over een gesprek dat hij onlangs voerde met de ouders van een jeugdspeler. Die vroegen hem of het een probleem was dat hun zoontje ook nog in de zaal voetbalde. Nee, zei Hordijk vervolgens. Integendeel. Hij, als Technisch Manager van de onderbouw, juicht het juist toe dat jeugdspelers in de zaal spelen, net als voetballen op straat. Alles met het oog op balbeheersing, creativiteit en techniek.
De elementen die de coördinator opnoemt, spelen een steeds grotere rol in vooral de onderbouw van de jeugdopleiding. Hordijk noemt dat het optimaliseren van de voorwaarden die spelers in staat stellen om zich vooral technisch zo goed mogelijk te ontwikkelen. De academie van Ajax staat er goed op in zowel binnen- als buitenland, maar volgens hem is de situatie vergelijkbaar met wat jeugdtrainers steevast tegen hun spelers zeggen: het kan altijd beter. ,,We zijn altijd bezig om de opleiding naar een hoger plan te tillen. We hebben daarbij bijvoorbeeld gekeken naar landen als Spanje en Brazilië. Spelers uit die landen zijn vaak erg technisch, omdat ze daar wel van jongs af aan in de zaal voetballen. Dat wetende zijn wij anders naar zaalvoetbal gaan kijken.’
Hordijk en zijn collega’s constateerden ook dat vooral de jongste jeugd (F- en E-pupillen) op een te groot veld voetbalt. Spelertjes zouden ‘verzuipen’ en bijvoorbeeld te veel bezig zijn met afstanden overbruggen. Daardoor komen ze te weinig in situaties terecht waarin ze de kwaliteiten kunnen ontwikkelen die Ajax belangrijk vindt. Om die reden is besloten om de jeugd vaker te laten voetballen op een aangepast veld: een van 42 om 28 meter in plaats van de gebruikelijke afmetingen van 60 om 50 meter. En dan niet zeven tegen zeven, maar zes tegen zes, met als gewenst effect dat elke speler meer aan de bal komt.

Lees ook: Ajax ziet belang zaalvoetbal

meer nieuws